Vrouwen die lange tijd door hun partner mishandeld worden, kunnen gaan leiden aan het Stockholmsyndroom, zo genoemd naar een gijzelingssituatie in Stockholm (ik schrijf dit artikel toevallig ook net vanuit Stockholm 🙂 ) waarin het vrouwelijke slachtoffer verliefd werd op haar gijzelnemer. Wanneer je leven afhangt van een gek, ben je tot veel in staat.
Een manier om te overlegen kan zijn je volledig in te leven in je agressor, in de onbewuste hoop nog ene controle te hebben over de situatie. Je kunt je zodanig inleven in hem dat je jezelf volledig kwijt raakt. Die toestand kan op een soort van verliefdheidsroes gaan lijken, op een overgave en een versmelting.
Het kan om die reden ook voorkomen dat vrouwen mee gaan doen aan het geweld ten opzichte van un kinderen. Ik ben gaan haar beter dan mijn man, ik verdien niet beter dan dit, denkt ze. Op die manier horen ze bij elkaar, een duivelspact, een monsterverbond ten top.
Waar dit toe kan leiden hebben we kunnen zien met de vreselijke afslachting van het meisje van Nulde. Voor sommige vrouwen is aller beter te verdragen dan de eenzaamheid. Wanneer de psychologische neiging alleen maar sterker worden wanneer hij na het geweld poeslief en aardig is. Meestal blijft hij net lang genoeg aardig om haar weer volledig aan zich te binden.
Leven in een gewelddadige thuissituatie is te vergelijken met een gijzelingssituatie. De vrouw is er niet meer vrij om te gaan en te staan waar ze wil., om te denken en te zeggen wat ze wil, maar ze is voor 100% op haar partner gericht. Wat doet hij, wat wil hij, hoe is zijn stemming, dreigt er gevaar? Hoe krijg je een hond volledig op zijn baas gericht? Door de stok en de worst!
De vrouw haalt alle psychologische trucs uit de kast om de situatie te verdragen. Ze ontkent de ernst van het geweld, ze vergoelijkt het, ze geeft zichzelf de schuld en ontslaat hem van alle verantwoordelijkheid. Ze draait de situatie om: ‘hij is juist goed voor mij, ik kan door deze relatie leren me sterker op te stellen. Hij houdt me tenminste een spiegel voor, anderen durven mij geen tegengas te geven.’
Er zijn natuurlijk momenten dat het ook haar te dol wordt. Al dan niet gestimuleerd door haar omgeving doet ze soms aangifte (dit gebeurt in 6% van de gevallen!). Al dan niet gestimuleerd door de politie trekt ze die aangifte ook weer vaak in, omdat het haar woord is tegen het zijne, omdat ze bang is voor wraakacties, voor de schande, omdat ze zich schaamt, omdat ze bang is dat hij de bak in zal draaien en zijn werk zal verliezen en omdat ze vooral bang is hem voorgoed kwijt te raken.